De geschiedenis van cocaïne is oud. Heel oud. Haar verhaal, dat meerdere duizenden jaren omvat, leest even fascinerend als tragisch. De hoofdrollen hierin zijn weggelegd voor toonaangevende wetenschappers, beroemheden, gangsters en zakenmannen. Het plot, doorspekt met moord, passie en schandalen, zou zomaar uit een bestseller kunnen komen. Cocaïne vormt de link tussen de drugs- en de medische wereld, verbindt de dokters met de drugskartels en linkt de overlevingsstrategie van één gemeenschap aan de verwoesting van een andere.
Het prille begin: Zuid-Amerika
![](https://static.wixstatic.com/media/47b6ca_f44f8f35a6c6459381fcedf7e70effe4~mv2.jpg/v1/fill/w_192,h_334,al_c,q_80,enc_auto/47b6ca_f44f8f35a6c6459381fcedf7e70effe4~mv2.jpg)
Erythroxylum Coca (bron : National Library of Medicine)
Inheemse stammen Hoewel er geen precieze datum op het eerste gebruik van cocaïne te prikken valt, is men er zeker van dat de effecten welbekend waren in het Zuid-Amerika van het eerste millennium v.C. In die tijd was de rol van cocaïne echter hoofdzakelijk spiritueel van aard. Cocaïne werd gebruikt om mensen te verlossen van ‘kwade geesten’ en als offer aan de goden. In het prille begin werd cocaïne niet gesnoven, maar kauwde men op de bladeren van de coca-plant (een plant die groeit in het Andesgebergte), samen met kalk. Aangezien de bladeren slechts 1-2% cocaïne bevatten, moet het effect relatief mild geweest zijn. Desondanks werd de plant, en het bijgevoegde effect, beschouwd als een geschenk van de goden aan de mensheid. Kauwen erop was bijgevolg enkel toegestaan voor de hogere sociale klasse, bestaande uit priesters en stamhoofden. Samen met het verdwijnen van de inheemse stammen, verdween echter ook het exclusieve karakter van de plant.
Spaanse invasie
Aanvankelijk waren de Spaanse overheersers, en dan met name de missionarissen, erg gekant tegen het gebruik van de coca-plant. Al snel werd echter duidelijk dat, als ze de plaatselijke bevolking voor zich wilde winnen, ze bepaalde compromissen moesten sluiten. De stammen zouden werken voor de Spanjaarden in de mijn, en als toegeving mochten ze de coca-plant gebruiken. Het gebruik van de coca-plant stelde hen eveneens in staat zwaarder werk te verrichten.
Een hype in Europa
Hoewel de Spanjaarden kennis maakte met Amerika in de 15e eeuw, duurde het tot de 18e eeuw eer er iemand zich openlijk uitsprak over het gebruik van de coca-plant en de voordelen ervan. De Spanjaard Antonio Julian stelde voor om, net zoals in Amerika, de plant in te zetten ter bevordering der prestaties van de Spaanse arbeidersklasse. Aangezien cocaïne een oppeppend middel is, voorspelde hij een rijke toekomst voor het goedje. Hij zag er zelfs een vervanger van thee of koffie in.
![](https://static.wixstatic.com/media/47b6ca_6f0fa2b8e9b24278b19d32ab4dea8bf5~mv2.jpg/v1/fill/w_671,h_1000,al_c,q_85,enc_auto/47b6ca_6f0fa2b8e9b24278b19d32ab4dea8bf5~mv2.jpg)
Een flesje coca-extract (bron : National Library of Medicine)
Ondanks deze veelbelovende beweringen, zou de echte opkomst van cocaïne in Europa nog minstens 50 jaar op zich laten wachten. Dit kwam doordat de coca-plant slecht groeide in Europa. De bladeren importeren vanuit Zuid-Amerika, bleek al helemaal schier onmogelijk. Vaak waren deze helemaal verrot na de lange zeereis. Pas in 1859 werd er voor het eerst zuivere cocaïne geïsoleerd uit de coca-plant door de 25-jarige Duitse wetenschapper Albert Niemann. Ongeveer gelijktijdig deed de Italiaan Paolo Mantegazza dezelfde ontdekking. Meer nog, hij testte de plant en de drug zelf uit en bleek grote fan. Net zoals Antonio Julian zo’n kleine eeuw eerder, voorzag hij een belangrijke rol voor cocaïne in de toekomst.
“God is unjust because he made man incapable of sustaining the effect of coca all life long. I would rather have a life span of ten years with coca than one of 1000000 . . . (and here I had inserted a line of zeros) centuries without coca."- Paolo Mantegazza
De 19e eeuw : the century of cocaïne
![](https://static.wixstatic.com/media/47b6ca_baecdf7298ac42308cbb41588c796ddc~mv2.jpg/v1/fill/w_267,h_400,al_c,q_80,enc_auto/47b6ca_baecdf7298ac42308cbb41588c796ddc~mv2.jpg)
Een affiche voor 'Vin Mariani' door Jules Chéret (1894)
Nu cocaïne voor het eerst geëxtraheerd was, was het beschikbaar om verwerkt te worden in allerlei bereidingen. Dat is precies wat er in 1863 gebeurde. Een jonge Parijse apotheker, Angelo Mariani genaamd, ontwikkelde dat jaar zijn befaamde ‘Vin Mariani’, een tonic gebaseerd op Bordeauxwijn (10-15% alcohol) en coca-extract (8.5%). Hoewel dit percentage coca-extract aanzienlijk lijkt, was het te laag om echt stimulerende effecten te ervaren. In plaats daarvan werd ‘Vin Mariani’ aangeprezen als middel tegen maagpijn, ter onderdrukking van de eetlust en in de behandeling van anemie. Verder zou het goed zijn ter bevordering van de algemene gezondheid De aanbevolen hoeveelheid was zo’n 2 à 3 wijnglazen per dag, goed voor zo’n 65-95 mg extract.
![](https://static.wixstatic.com/media/47b6ca_797c72c853834289831536e95d213aac~mv2.jpg/v1/fill/w_300,h_230,al_c,q_80,enc_auto/47b6ca_797c72c853834289831536e95d213aac~mv2.jpg)
‘Vin Mariani’ werd al snel erg populair. De positieve recensies over dit goedje vormen een bundel bestaande uit maar liefst 15 boekvolumes. Angelo Mariani kon onder meer Thomas Edison, de Britse koningin Victoria en zelfs Pausen Pius X en Leo XIII onder zijn klantenbestand rekenen. Het ging zelfs zo ver dat deze laatste hem een pauselijke gouden medaille uitreikte voor zijn uitvinding. Angelo Mariani inspireerde vele anderen tot het ontwikkelen van gelijkaardige producten, onder wie de Amerikaan John Pemberton, die later bekend zou worden als de man achter Coca-Cola.
Tegen 1885 waren er rond de 50 wetenschappelijke publicaties over de medicinale toepassingen van cocaïne verschenen. De populairste daaronder was waarschijnlijk ‘Uber Coca’, van de hand van Sigmund Freud. Hij was de eerste die een dosis-responsrelatie aantoonde voor cocaïne. In zijn werk vermeld hij het gebruik van cocaïne als pijnstiller, afrodisiacum en ter behandeling van depressies en morfineverslavingen. De meest opmerkelijke toepassing werd echter ontdekt door Karl Koller (maar eveneens opgenomen in ‘Uber Coca’, aangezien Koller en Freud collega’s waren). Deze oftalmoloog zag in dat cocaïne gebruikt kon worden als plaatselijke verdoving bij oogoperaties. Dit was een baanbrekende ontdekking. Voordien waren immers enkel chloroform en ether voorhanden als verdovingsmiddel, maar daar deze de patiënt deden overgeven, was dit niet bruikbaar bij oogoperaties. Cocaïne lokte dit effect niet uit, en zo werd cocaïne ingezet ter vervanging van chloroform.
20ste eeuw : the end.... of niet?
Het sprookje van cocaïne als wondermiddel bleek echter van korte duur. Reeds in 1910 werd er melding gemaakt van schade aan het neustussenschot door veelvuldig cocaïnegebruik. In 1912 waren er maar liefst 5000 cocaïne-gerelateerde overlijdens. Dit zette de politiek aan tot actie, en in 1922 werd cocaïne officieel verboden. Daarna blijft het enkele decennia relatief rustig. Dit impliceert natuurlijk niet dat het gebruik van cocaïne volledig verdween. In tegendeel, van bepaalde prominente geschiedkundige figuren, zoals onder meer Herman Goering, is algemeen geweten dat zij vaak naar het witte poeder grepen.
![](https://static.wixstatic.com/media/47b6ca_f4ea38002fd644c39b4b64802d849bed~mv2.jpg/v1/fill/w_669,h_446,al_c,q_80,enc_auto/47b6ca_f4ea38002fd644c39b4b64802d849bed~mv2.jpg)
Cocaïnekoning Pablo Escobar
Cocaïne beleeft een wedergeboorte in de jaren ’70. Beroemdheden en rijke zakenlui gaan massaal aan de cocaïne, wat haar de stempel geeft van ‘rijkeluisdrug’. Maar liefst 80% van alle in de VS geïmporteerde cocaïne wordt op dat moment voorzien door Pablo Escobar. Het massale transport, goed voor 15 ton cocaïne per dag en een omzet van 22 miljard per jaar, levert hem de bijnaam ‘The King of Cocaine’ op.
Dit wijdverspreide gebruik leidde tot nieuwe ‘’wetenschappelijke’’ ontwikkelingen, die resulteerden in de opkomst van crack (cocaïne onder vaste vorm). Deze drug gaf aanleiding tot een ware epidemie in de laten jaren ’80. Het aantal routinematige gebruikers steeg met maar liefst 2 miljoen. Er ontstond een opsplitsing tussen de ‘cocainesnuivers’ en ‘crackrokers’. Cocaïne was voor de rijken, terwijl crack vooral geassocieerd werd met Afro-Amerikanen. De raciale berichtgeving in de media en de lagere limieten voor crack dan voor cocaïne, leidden tot een massale stijging in het aantal drugsgerelateerde veroordelingen bij die laatste groep.
21ste eeuw : What's next?
In het begin van de 21ste eeuw werden deze limieten bijgesteld. Het gebruik van cocaïne kent de laatste jaren een dalende trend. Desondanks blijft het de meest onderschepte drug wereldwijd, en is het nog steeds een goed draaiende industrie. Er wordt geschat dat er wereldwijd maar liefst 150 000 hectare grond gewijd is aan het telen van cocaïne, goed voor een opbrengst van 88 miljard per jaar. Hoewel haar populariteit tanende is (mede door de opkomst van allerlei andere chemische brouwsels, zoals MDMA en afgeleiden), is haar verhaal duidelijk nog lang niet uitverteld.
![](https://static.wixstatic.com/media/47b6ca_f64a20bb47454c77830d7b4d1592c255~mv2.jpg/v1/fill/w_570,h_569,al_c,q_80,enc_auto/47b6ca_f64a20bb47454c77830d7b4d1592c255~mv2.jpg)
Bronnen :
http://www.euvs.org/en/discover/man-behind-the-bottle/mariani
Comments